Mijn sportcarrière

Wouke en sporten…dat is echt nooit een topcombinatie geweest. En dat is zacht uitgedrukt. Als kind heb ik ooit een jaartje op turnen gezeten, want dan deden meisjes toen. Ik was een jaar of zes denk ik. Het heeft me niet veel opgeleverd, behalve een soort van minderwaardigheidscomplex. Ik heb er weinig actieve herinneringen meer aan, maar ik weet wel dat ik steevast als laatste eindigde als er een wedstrijd was. Ik heb het snel opgegeven.


Van mijn basisschoolperiode kan ik me qua sport weinig herinneren. Ik weet wel dat ik niet als een van de eersten werd gekozen bij gym, maar ook net niet als allerlaatste. Er waren blijkbaar nog minder sportieve kinderen dan ik. Gelukkig maar….voor mij.


Op de middelbare school kreeg ik steeds meer een hekel aan de verplichte gymlessen. Het was vermoeiend en mijn perfect getoupeerde kuif ging ervan in de war. Ja echt, dat deden we in die tijd. ‘s Morgens stonden we zeker een half uur ons haar te touperen, zodat we een enorm hoge kuif hadden. Dat was helemaal hip.  


In de bovenbouw van het VWO had ik een plan bedacht. Ik was ‘zogenaamd’ van klas gewisseld qua gym, om de lessen te ontwijken. Een best slim plan, zo bleek. Meneer van Ieperen dacht dat ik in de klas van meneer van Wingerden zat en andersom. (Ja, ik weet echt hun namen nog…) Bijna twee jaar lang ging ik niet naar een gymles en zat ik huiswerk te maken in een hoekje van de school. Niemand heeft me verraden, dat vind ik het meest bijzondere. Na mijn examen heb ik het beide leraren verteld en ze waren op zijn zachtst gezegd ‘not amused’. Maar ja, niets meer aan te doen, want ik had mijn papiertje. In deze tijd zou zoiets niet meer kunnen, want tegenwoordig krijg je ook beoordelingen en cijfers voor de gymles. Toen niet. En dat was mijn ‘gelukje’. 


Er verstreken echt jaren waarin ik überhaupt nooit nadacht over het bestaan van sport. Geen idee waarom niet. Zelfs fietsen deed ik niet. Altijd een hekel aan gehad. Ik pakte eigenlijk altijd mijn auto. Oei….Om toch iets sportiefs te vertellen: Ik wandelde wel overal naar toe met de kinderwagen toen de kinderen nog klein waren. Maar ik woonde ook wel overal dichtbij, dus of je dat sporten kan noemen?  


Toen de twee oudste kinderen klein waren heb ik wel een periode gesport. Nu zo’n 16 jaar geleden. Ineens had ik bedacht dat mijn figuur beter moest en dat ik daarvoor moest sporten. Ik probeerde enkele sportscholen, maar kwam nooit verder dan een proefabonnement. Toch hield ik het wel een keer wat langer vol. Ik had bodypump ontdekt. Dat is iets met gewichten en dan op muziek. Ik ging drie keer (!) in de week naar de sportschool voor zo’n les. Ik vond het best leuk, maar het was zwaar. Bodypump is echt een pittige sport, maar ik wilde er helemaal voor gaan, voluit, en dat drie keer per week. Na een tijdje zei mijn lijf gewoon echt nee. Ik hield het niet vol. Dit overtuigde mij van het feit dat sporten helemaal niets voor mij is en dat mijn lijf niet geschikt was om te sporten. Met de kennis van nu denk ik dat mijn lijf een iets rustiger opbouw had gewenst.


Een periode van 13 jaar zonder sporten volgde. Ik had veel rugklachten en dacht dus ook dat ik sporten dus gewoon niet zou kunnen. Mijn lijf was niet geschikt. Punt.


Naarmate ik ouder werd, merkte ik dat mijn gewicht ook steeds een beetje toenam. Ik bleef niet meer zo slank als ik altijd was geweest en daar baalde ik van. Maar dat gaf me nog niet genoeg motivatie om te gaan sporten. Het viel nog wel mee toch? Ik had iets anders nodig om motivatie te vinden. En dat kwam, al was de manier waarop heel naar. Mijn moeder kreeg de diagnose Parkinson. Ze had al jaren lichamelijke klachten en kon al vrij jong niet meer wat ze graag wilde. Wandelen, fietsen, maar ook heel normale dagelijkse dingen kostten haar veel moeite. Ik zag wat aftakeling met iemand doet. Dat was het moment dat ik besefte dat ik aan de slag moest om mijn lijf zo gezond mogelijk te houden. En nee, sporten geeft geen enkele garantie op een gezond lichaam, maar ik wilde er wel alles aan gedaan hebben. 


En zo begon drie jaar geleden mijn ‘sportcarriere’. Ik wist dat het me niet alleen zou lukken, dus ik nam een personal trainer. Een bizar dure aangelegenheid, maar ik had op dat moment het voorrecht dat ik het kon betalen. De proefles was echt heel erg. Ik schaamde me vreselijk, want ik kon echt nog een 5 squads en na 1 push-up stortte ik in. De trainer kon er wel om lachen. Vanaf dat moment sleepte ik me elke donderdagochtend om 8.00 uur naar de sportschool voor een uur trainen. En ik was verbaasd. Elke week kon ik een klein beetje meer. Het bleek dat mijn lijf meer kon dan ik zelf dacht. Mijn coach daagde me uit om elke week een stapje verder te gaan en het lukte. Ook gaf ze me voedingsadviezen en ik raakte steeds meer gemotiveerd. Binnen vier maanden was ik op mijn streefgewicht en het allerbeste: mijn jarenlange rugpijn verdween! Als snel deed ik er ook nog een groepsles in de week bij en die combinatie van twee keer per week sporten hield ik twee jaar vol. De personal trainingen werden toen echt te duur en inmiddels wist ik zelf ook wel hoe het werkte, dus ik stopte daarmee. Best eng, want toen moest ik het ineens zelf doen. Maar het lukte, en nog steeds! 


En betekent dat, dat ik steeds vol energie opsta en naar de sportschool ren? Heel zeker niet. De meeste keren moet ik mezelf er naar toe slepen, mezelf proberen te motiveren en mezelf een schop onder mijn kont geven. Dat doe ik door me te realiseren wat het al heeft opgeleverd en hoe ik me straks voel als ik terug ben. En mild zijn voor mezelf als het een keer niet lukt. Mindere dagen mogen er ook zijn. Morgen is weer een nieuwe kans…


Tot zover mijn verhaal. Ik ben heel benieuwd naar het jouwe. Deel je verhaal via de mail of via instagram, ik zie er naar uit! En als je hulp nodig hebt bij het vinden van je motivatie of het tackelen van de overtuigingen die je tegenhouden, stuur me dan een berichtje. Een gratis kennismakingsgesprek mag altijd.

Volgende
Volgende

Twijfel